Overzicht[bewerken | brontekst bewerken]
Nadat je werkgever op de hoogte is gebracht van je diagnose zul je aan moeten geven hoe je de komende periode met je werk wilt omgaan. Meestal weet je dan nog niet hoe jouw behandelplan eruit gaat zien. Hoe maak je afspraken met je werkgever terwijl er nog zoveel onduidelijk is?
Handelingsopties[bewerken | brontekst bewerken]
Stap voor stap[bewerken | brontekst bewerken]
“In het ziekenhuis gaat alles stapje voor stapje. Ja, maar wat dan als…Dat bekijken we allemaal later wel. Dat vond ik wel lastig want ik kon tegen mijn leidinggevende ook niet zeggen van zo, zo en zo gaat het lopen”.
“Ik heb de eerste keer aan de oncoloog gevraagd: denk je dat ik kan werken als ik chemo krijg? En toen zei ze: ‘Dat mag maar ik heb nog nooit iemand gezien die dat deed.’ En daar was het eigenlijk wel mee klaar”
Verwijzing naar rol oncoloog
“Ik denk dat je aan het begin van het proces duidelijk moet maken dat het stap voor stap gaat. Ik vroeg in het ziekenhuis ook steeds: en dan? wat gebeurt er daarna? Nee zei ze, dat hoor je dan wel weer. Stap voor stap. Dat vond ik heel irritant, maar het is wel zoals het is dus ik denk dat je dat ook wel heel duidelijk moet communiceren.”
“Ik wist van oké ik krijg chemo en dan had ik dat alvast opgezocht op internet en dan zei ik wel op mijn werk van ja ik weet het nog niet zeker, maar ik lees dat je bij mijn diagnose vaak 16 kuren krijgt. Alvast een beetje voorbereiden zodat ze dat weten. Ik wilde het dan wel op mijn werk vertellen dus maakte er zelf een verhaal van, dat is niet handig. Je kan dan beter ook maar stap voor stap gaan.”
Afspraken maken met je werkgever[bewerken | brontekst bewerken]
Het is belangrijk duidelijke afspraken te maken als het kan.
“Ik denk dat het belangrijk is dat je concrete informatie geeft en concrete afspraken maakt. Ik denk dat dat heel belangrijk is. Dan gebeuren er ook geen dingen die niet prettig zijn. Dan is het helder voor beide partijen wat er wordt verwacht. Als je dat duidelijk naar elkaar kan communiceren neem je denk ik al veel teleurstelling, twijfel en onzekerheid weg.”
“En ja, ik was niet ziek. Tenminste, ik voelde mij niet ziek. Het is alleen maar van die foto's dat ze zeggen je bent ziek. Maar ik voelde niks. Dat is heel raar. En dan, weet je, op een gegeven moment beginnen die behandelingen en ja, daar word je ziek van. Je denkt ik voel me prima maar je gaat ziek worden van de behandelingen.”
Het gesprek met je werkgever kan op verschillende manieren verlopen.
Jullie vinden samen een passende manier om met de onduidelijkheid om te gaan[bewerken | brontekst bewerken]
“Op het werk geven ze mij alle vrijheid. Er is niemand die tegen mij zegt: 'je moet dit of je moet dat’. Ze zijn ook beschermend. Ze denken mee over wat voor mij het beste is. Maar dat komt ook omdat ik eerlijk ben naar hen toe. En ze weten ook dat ik er geen misbruik van maak. Dus het werkt langs twee kanten.”
Dialoog
- Werkgever: (Emoties/gedachten: Ik vind het wel lastig om mijn medewerker met werk lastig te moeten vallen in deze moeilijke tijd, maar ik moet mogelijk wel wat zaken hier regelen, ik zal toch vragen hoe hij/zij naar de komende periode kijkt) “Weet je al meer over de behandeling en hoe de komende maanden eruit gaan zien?”
- Werknemer: “Nee, ik zou dat zelf ook graag willen weten. In het ziekenhuis wordt alles stap voor stap bekeken. De oncoloog heeft alleen gezegd dat ze het nog nooit heeft meegemaakt dat iemand blijft werken tijdens de chemo’s.” (Emoties/gedachten: In het ziekenhuis lijken ze niet ver vooruit te kunnen denken. Mijn werkgever wil dat wel. En dat begrijp ik, want ik voel die behoefte zelf ook.) “Ik zou graag afspraken met je willen maken over het werk, maar ik vind het vervelend als ik ze straks niet kan nakomen.”
- Werkgever: (Emoties/gedachten: Dat is lastig. De situatie zal voorlopig onzeker blijven. We kunnen niet ver vooruit kijken.) “Wat zou je willen doen de komende weken?”
- Werknemer: (Emoties/gedachten: ik heb hier thuis gelukkig al over nagedacht. Ik vind werk belangrijk, het leidt mij af, en ik voel mij ook verantwoordelijk richting het werk. Fysiek voel ik mij nu nog redelijk goed, zolang het gaat wil ik dan ook wel deels blijven werken) “Ik zou het fijn vinden om dinsdag en donderdag te komen werken. Dan zijn Martijn en Lisa er ook. Zij zijn bereid om werkzaamheden van mij overnemen.”
- Werkgever: “Dat lijkt mij prima. Wil je me op de hoogte houden van hoe het gaat? Als je situatie verandert zullen we misschien nieuwe afspraken moeten maken.”
Het blijkt moeilijk te zijn om met de onduidelijkheid om te gaan; er wordt duidelijkheid gecreëerd door ziek te melden[bewerken | brontekst bewerken]
“De rol van de leidinggevende is op dat moment gewoon heel belangrijk. Van, kan hij in gesprek blijven met zn medewerker, kan die goed onderzoeken waar de behoefte ligt bij de medewerker, wat kunnen we vragen, wat kunnen we niet vragen, en ook aandacht geeft voor dat stukje contact in het team.”
Link: naar ziekmelding
Dialoog
- Werknemer: “Er gebeurt zo ontzettend veel op dit moment. Mijn agenda staat vol met doktersafspraken. Ik word van de één naar de ander gestuurd. Reken deze week niet op me.
- Werkgever: “Bedoel je dat je van plan bent om volgende week weer te komen werken?”
- Werknemer: “Ja zeker. Als het lukt wil ik graag komen.”
- Werkgever: (Emoties/gedachten: Iemand die komt en gaat, dat gaat me teveel onrust geven. Ik wil weten waar ik aan toe ben, wil continuïteit kunnen waarborgen.) “Het lijkt me echt verstandiger om thuis te blijven en het werk los te laten. Je bent ziek. Heel erg ziek!”
- Werknemer: (Er wordt eigenlijk niet eens gevraagd hoe ik er naar kijk, wat ik wil, en wat er misschien wel nog mogelijk is. Begrijpt hij niet hoe belangrijk mijn werk voor me is?) “Ik ben niet alleen maar ziek hoor! Er zijn taken die ik gewoon kan blijven uitvoeren.”
- Werkgever: “Neem toch rust, je zult het nodig hebben.”
- Werknemer: (Emoties/gedachten: Het was fijn geweest als we samen een vorm hadden kunnen vinden, maar die ruimte is er niet. Ik zal me erbij neer moeten leggen.)
Er wordt (nog) niet vooruit gekeken, maar uitgegaan van de situatie zoals die zich nu voordoet[bewerken | brontekst bewerken]
Soms besluiten werkgever en werknemer om nog even af te wachten en afspraken te maken wanneer er meer duidelijkheid is over het behandelplan en de gevolgen hiervan.
“Want ja, voor mijn gevoel had ik nog niks, ja je hebt wel een rare uitslag gehoord maar je bent nog gewoon, ik voelde niks. Dus dan ga je gewoon weer werken.”
Dialoog
- Werknemer: “Ik heb een slechte diagnose gehad, maar voel me totaal niet ziek. Ik wil graag gewoon doorgaan met werken.” (Emoties/gedachten: Laat mijn leven alsjeblieft zolang mogelijk normaal blijven.)
- Werkgever: (Ik waardeer zijn openheid, zijn bereidwilligheid. Ik wil hem graag ter wille zijn.) “Als jij dat wilt is dat natuurlijk prima. Laat het maar weten als ik iets voor je kan doen.”
Adviezen[bewerken | brontekst bewerken]
Wat wil je zelf?[bewerken | brontekst bewerken]
Er is veel om over na te denken; het is moeilijk om te overzien wat belangrijk is en welke beslissingen voor jou de juiste zijn. Je hebt misschien de neiging om je volgzaam op te stellen, maar wat wil je zelf?
‘Maar ik denk echt als iemand had gezegd, goh hoe gaat het? Wil je naar je werk? Hoe kunnen we dat vorm gaan geven? Dat was al helpend geweest.’
Open communicatie[bewerken | brontekst bewerken]
Hoe beter je werkgever op de hoogte wordt gehouden van de ontwikkelingen m.b.t. je ziekte en je functioneren, hoe makkelijker het voor je werkgever wordt om met je mee te denken.
Werkgever: “Er ligt een verantwoordelijkheid in ieders rol, ook bij de medewerker zelf die de diagnose heeft gekregen. Hoe moeilijk zo’n diagnose ook is en hoe hard zo‘n diagnose in het begin ook binnenkomt, natuurlijk zeker als je nog niet weet wat de prognose gaat zijn. Maar ik zie wel als daar vanuit die persoon de communicatie komt van ‘joh laat me even met rust de komende weken want ik moet dit even zelf een plaatsje geven of ik heb behandelingen en dan voel ik me niet fijn dus ik wil echt even een paar weken met rust gelaten worden ik kom weer in de lucht als het weer beter gaat’. Als die communicatie vanuit de persoon er is dan zie je ook dat het toch allemaal wat beter in te schatten is en dat de collega’s weten waar ze aan toe zijn.”
Werknemer: “Ik heb gelijk aangegeven dat als ik kon ik nog wel wat wilde doen. Mijn werkgever gaf aan dat het niet handig was om mijn eigen werk te doen want dat moest gewoon doorgaan. Dan had ik me niet vrij gevoeld om thuis in bed te kruipen als het niet ging. Dus wij hebben toen als een soort van vanzelfsprekendheid afgesproken dat mijn werk werd overgenomen, maar wat je wel kan doen is dit en dit en dit. Ik bel je even van tevoren zei zij, als ik iets heb, en dan kan jij aangeven wat je wilt doen.”
“Als je niet kan werken ook prima. Dat je in het begin alle tijd en ruimte krijgt. Je krijgt dan chemo een behandelplan. Je hebt helemaal geen idee hoe je daar dan weer op gaat reageren. Ik vond het zelf wel mooi vanuit mijn werkgever dat als je wilde werken dat dat oké was. Dat je duidelijk de boodschap krijgt dat niets hoeft.”
Overwegingen[bewerken | brontekst bewerken]
Voor de werknemer[bewerken | brontekst bewerken]
Bedenk, voordat je met je werkgever in gesprek gaat, wat jou het meeste helpt in deze onzekere situatie. Geeft je werk afleiding, structuur of houvast? Of levert het extra druk en spanning op? Probeer op basis van jouw wensen en behoeften afspraken te maken met je werkgever.
Voor de werkgever[bewerken | brontekst bewerken]
Als werkgever heb je geen rechtstreeks contact met zorgprofessionals. Het behandeltraject en de terugkeer naar werk zijn twee verschillende werelden die de werknemer zelf met elkaar moet zien te verbinden. Dat is geen makkelijke opgave. Je helpt je werknemer niet door de focus alleen op de terugkeer naar werk te leggen.